- Interieur
- Outdoor & travel
In Oku-Shibu, een district van Tokio, poneert het TRUNK-hotel het idee van urban recharge. Te midden van de stedelijke drukte komen gasten toe in een waaier van contrasten. Architectuur en natuur vinden er hun weg naar elkaar, terwijl Europees met Japans design vervlochten wordt. Hier ben je zowel voor ontspanning als voor feestelijkheden aan het juiste adres.
Tokio leeft, dat is een understatement. Traditie en moderniteit staan er zij aan zij, vergezeld door een sofisticatie die toch een aardse basis heeft. Het TRUNK-hotel moest die diversiteit spiegelen. Voor de architectuur werd er op Keiji Ashizawa Design gerekend, en het team van Norm Architects ontfermde zich over het interieur. Over vijf verdiepingen verspreidt zich een totaal van twintig kamers en vijf suites. Helemaal bovenaan is een dakterras voorzien, waar je uitkijkt op het groene Yoyogi Park vlakbij en het bruisende stadsleven. Voor het ontwerp en het kleurenpalet keken ze naar de inherente contrasten van de metropool. De haast brutalistische structuren verwijzen naar typisch Japanse constructietechnieken en zijn aangevuld door elegant houtwerk, zoals zichtbaar bij de terrassen. Weelderige groene begroeiing baant zich een weg over de betonnen gevels, zodat de afstand tussen het exterieur en de natuurelementen rondom overbrugd wordt. Binnen koos het team voor houten bevloering en zachte tapijten. Die laatste zijn bovendien op maat gemaakt en werden geïnspireerd op de tradities van de nationale architectuur. Er zijn duidelijk afgebakende zones, voorzien van meubelopstellingen die samen een coherent vloerplan vormen. Ook het meubilair werd speciaal voor het hotel gecreëerd. Door bewust lokale materialen te hanteren en samen te werken met inheemse vakmensen, werd het project een aaneenschakeling van bewust design en verantwoorde beslissingen.
Een vredevolle plek te midden van de dagelijkse drukte van de stad
Eenvoud is rijkdom hier. Slechts een beperkt aantal kleuren siert het interieur, en over het algemeen ervaar je een zachte esthetiek die duidelijk haar wortels in minimalisme heeft. Daarnaast staat biofilisch design mee centraal. Die term verwijst naar het idee dat je zowel fysiek als mentaal welzijn kan bevorderen door natuur en architectuur dicht bij elkaar te brengen. Hoewel het hotel zich in de drukte van een wereldstad bevindt, is het niet onmogelijk er een bron van onthaasting en pauze te vinden. Integendeel, want het volledige concept steunt op het doel om een vredevolle plek te zijn te midden van de dagelijkse drukte van de stad. Gasten kunnen volledig tot zichzelf komen en reflecteren, maar evengoed is er gelegenheid om contact te zoeken met elkaar. ’s Avonds biedt de pool club op het dak een herinneringswaardige ambiance. Een vuurkorf en de skyline van Tokyo bieden je avond een geweldige achtergrond, goed voor boeiende conversaties en momenten die je lang bijblijven. Geen overbodigheden in het interieur hier, maar wel een puurheid en beleving die goed zijn voor lichaam en geest. Dat is tevens de verdienste van de samenwerking tussen de verschillende partijen. Door de filosofie van het hotel met inzicht te doorgronden, wisten de ontwerpers de essentie te herleiden tot een tastbaar resultaat. Het TRUNK-hotel in Tokyo heeft alles wat je verlangt van een introspectief verblijf op een beweeglijke locatie. Japanse tradities worden vermengd met Europese invloeden, met een geslaagde fusie als gevolg. Van interieurelementen tot faciliteiten: hier krijg je alles in handen om dichter bij jezelf te komen staan. Photography by Jonas Bjerre-Poulsen
Text by Cara Jacobs